Niet iedereen denkt er aan bij het plannen van een reis naar Australië, maar het bijbehorende eiland Tasmanië is iets wat je niet zou moeten missen. Als je dan toch zo ver naar de andere kant van de wereld reist, dan maakt die ruim 10 uur durende boottocht niet meer uit. Natuurlijk kun je ook gewoon het vliegtuig vanaf Sydney of Melbourne naar Hobart nemen. Dat is wat ik deed voor het maken van een 10-daagse roadtrip over het eiland van de Tasmanian Devil.
Mijn reis begint in de hoofdstad van het eiland: Hobart. Dit is tevens één van de weinige steden die ik nog ga tegenkomen op het eiland ter grootte van Nederland en België bij elkaar. Hobart heeft meer weg van een dorp en is dan ook niet te vergelijken met de grote steden op het vaste land. Toch is het er aardig vertoeven en een prima startpunt om mijn roadtrip door Tasmanië te beginnen. Beklim in Hobart Mount Wellington – de berg vanwaar je een mooi uitzicht hebt op de stad – bezoek de bierbrouwerij en lik je vingers af bij de heuse chocoladefabriek. Hobart kent geen grote bezienswaardigheden en is dan ook meer een stad om in één dag doorheen te struinen.
Verblijfsoptie:
Tijdens mijn verblijf in de stad slaap ik in hostel The Pickled Frog. Gevestigd in een knalgroen gebouw, op loopafstand van de winkelstraat en de autoverhuur. De kamers zijn er gedateerd, maar schoon en de sfeer is er uitermate gezellig. Heel backpackend Tasmanië verzamelt zich hier.
Van Hobart naar Strahan
Tasmanië leent zich uitstekend voor een roadtrip. Huur dan ook een auto op de luchthaven of in de stad en ga op weg. Op de route van Hobart naar Strahan passeer je diverse natuurparken. Zo is er het Wellington Park, South West National Park (een beetje uit de route wel), Mount Field National Park en Franklin-Gordon Wild Rivers National Park. Bergpassen, meren, bossen.. De natuur die aan je voorbij trekt op de route is adembenemend. In Strahan kijk je hoe de zon in de zee zakt en slaap je in een caravan onder een sterrenhemel. Rondom Strahan ligt het Mount Dundas Regional Reserve en de Henty Dunes. Een bezoek waar je gerust een dag voor kunt uittrekken.
Verblijfsoptie:
Strahan Holiday Retreat – een kleinschalig vakantiepark met diverse bungalows. Kleine supermarkt aanwezig.
Van Strahan naar Cradle Mountain
Niet te missen op Tasmanië is het natuurgebied van Cradle Mountain. Onderweg naar het natuurpark zie je de grote berg al vroegtijdig aan de horizon opdoemen. Het ene moment denk je jezelf op de Afrikaanse steppe te bevinden en het volgende moment op de oer-Hollandse Veluwe. Elk half uur trekt er een nieuw soort landschap aan je voorbij. In het park kun je overnachten bij Discovery Holiday Parks, midden in de natuur. Water uit de kraan moet eerst gekookt worden en je moet oppassen voor ‘loslopend wild’. Een avontuurlijke overnachting, met enig comfort in de kleine kamers van de houten cabines. Vanuit het vakantiepark ontdek je de natuur van Cradle Mountain -Lake Saint Claire National Park met zijn krater meren en bijzondere vegetatie. De wandeling naar (bijna) de top van de berg ‘Cradle Mountain’ is er één die je niet kunt overslaan. Het uitzicht is adembenemend.
Verblijfsoptie: Cradle Mountain Discovery Holiday Parks
Van Cradle Mountain naar de kust: Penguin, Devenport, Launceston
Een flinke rit – zo’n 4 uur – om in Wynyard te komen. De plek waar ik die avond overnacht na de pittige wandeling van die ochtend. Vanuit deze plaats vervolg ik mijn tocht naar Penguin, Devenport en Launceston. Het dorpje Penguin doet zijn naam eer aan. Daadwerkelijk alles in het dorp staat in het teken van deze kleine waggelende beestjes. “We hebben prullenbakken met pinguïns, een reuze pinguïn op de boulevard en natuurlijk een ‘pinguïn-museum'”, vertelt één van de trotse bewoners van dit dorp me. “Dagelijks kun je hier langs de kust drommen van die beestjes spotten, dus ga er maar voor zitten!”, gaat hij verder.
Na onze stop vervolgen we onze reis naar Devenport, een stad met ruim 30.000 inwoners, een haven en een heus vliegveld. Dit is ook tevens de plaats waar de veerboot vanuit Melbourne aanmeert. De tocht naar het vaste land duurt zo’n 10 uur en 30 minuten en wordt uitgevoerd door het bedrijf Spirit of Tasmania. Een paar zeevaste benen is dus geen overbodige luxe. Iets waarover mijn reisgezelschap niet beschikt en dus reizen wij verder.
Vanuit Devenport rijden we weer meer de binnenlanden in richting Launceston, de tweede grootste stad van Tasmanië. We volgen de wijnroute en strijken neer op het terras van het wijnhuis Moores Hill. Tussen de wijnranken en met de zonnestralen in ons gezicht, genieten we van één van de beste wijnproeverijen die ik ooit heb gehad. Van bubbels tot droge witte wijn en van rood tot een zoete dessert drank. Het water loopt me nog altijd in de mond bij het zien van de foto’s.
Verblijfsopties:
Wynyard: Leisure Ville Holiday Centre
Hadspen: Holiday Discovery Park
Van Hadspen naar Bicheno via Bay of Fires
Vanuit Hadspen rijden we naar de kust, want die dag is het tijd voor een bijzonder natuurfenomeen in de Bay of Fires. Zijn naam heeft de baai te danken aan kapitein Tobias Furneaux die er in 1773 de vuren van de Aboriginals zag branden. De stranden die we er tegenkomen zijn adembenemend, wat wil zeggen helder blauw water en kraak wit zand. Op het strand van de ‘Bay of Fires’ liggen grote granieten rotsblokken met een rode aanslag, veroorzaakt door korstmos. Het zorgt voor een bijzonder fotogeniek tafereel.
Verblijfsoptie: Bicheno East Coast Holiday Park
Wineglass Bay en Port Arthur
Na een goede nacht in Bicheno rijden we vroeg in de ochtend door naar – volgens de boekjes – één van de hoogtepunten van Tasmania: Wineglass Bay. Deze spectaculaire baai ligt in natuurpark Freycinet National Park. Granieten bergen, azuurblauwe baaien en poederwitte stranden. Je spot er diverse dieren zoals vogels, reptielen en met geluk een aantal zeehonden op het strand. De wandeling er naartoe is een pittige, maar voor iemand met een beetje conditie prima te doen. Trek er gerust een aantal uur voor uit, dan kun je in alle rust genieten van de vergezichten.
Vanaf Wineglass Bay rijden we die dag nog door naar Port Arthur een plaats bekend om zijn voormalige gevangenis waarin vroeger Britse veroordeelden werden opgesloten. In 1833 sloot de gevangenis en tegenwoordig is er een museum te vinden die de historie vertelt van deze bijzondere plek.
Verblijfsoptie: Big4 NRMA Port Arthur Holiday Park
Bruny Island
Mijn laatste stop op dit prachtige eiland: Bruny Island. In zo’n 4 uur rijden we van Port Arthur naar de ferry terminal. We zijn net op tijd om de laatste oversteek van die dag te halen. Het eiland is klein en heeft dan ook niet heel veel capaciteit voor toerisme. Het op tijd boeken van een accommodatie is dan ook aan te raden. Wijzelf hebben geluk. We bemachtigen een verblijf in een villa met uitzicht op zee door een lastminute afzegging. Na het overnachten in eenvoudige caravans is dit een welkome gevulde kers op de Tassie taart. De zonsondergang waarop de natuur ons die avond trakteert is adembenemend.
Op Bruny Island beklimmen we de bergen, bezoeken we The Neck Lookout punt en genieten we van de wind die door onze haren blaast. Op onze laatste dag op het eiland boeken we een onvergetelijke boottocht die ons voert langs de ruige kustlijn van Tasmanië. We verzamelen in de shop van het bedrijf Bruny Island Cruises, Pennicott Wilderniss Journeys. Daar wordt ons aangeraden handschoenen en een sjaal te lenen, want het kan ijzig koud zijn op de open boot. Met een bus worden we naar de aanlegplaats gebracht en stappen we op een soort rubberen speedboot. Om een nat pak te voorkomen worden er waterdichte rode poncho’s uitgedeeld. Riemen vast, de tocht kan beginnen.
Onderweg maakt de ruige kuslijn een onvergetelijke indruk op mij. Op dat kleine bootje, opkijkend tegen de hoge rotswanden voel je je bijzonder nietig. Reusachtige walvissen duiken op voor onze boot, zeeleeuwen spelen de clown in het water en op de rotsen en roofvogels cirkelen boven de kustlijn op zoek naar hun volgende prooi. Verkleumd keren we na een aantal uren op het water terug aan wal. Misschien wat onderkoeld, maar warm van de adrenaline. Dit avontuur is er één die in mijn geheugen gegrift zal blijven.
Van Hobart naar het vaste land
Na ons Bruny Island avontuur nemen we de ferry weer naar het vaste land van Tasmanië. Vanuit hier rijden we door naar het vliegveld van Hobart om daar onze auto weer in te leveren. Ik heb een vlucht geboekt naar Melbourne. Terug naar de bewoonde wereld, klaar voor de rest van mijn avontuur door Australië. Eén ding is zeker, mijn verblijf op Tasmanië zal ik nooit vergeten. Achteraf blijkt dit ook één van de mooiste blijvende herinneringen te zijn.
Tasmanië hoe kom je er?
Vanaf het vaste land zijn er diverse vluchten te boeken naar Hobart en Devenport met bijvoorbeeld luchtvaartmaatschappij Qantas. Vanaf Sydney gaan er dagelijks rond de 20 vluchten naar Tasmanië. Raadpleeg voor goedkope tickets een vergelijkingssite. Een andere optie is om te ferry te nemen vanuit Melbourne. Deze doet er ongeveer 10 uur en 30 minuten over, aankomst in Devenport. Heb je zeebenen, dan adviseer ik je niet voor deze optie te kiezen.
Wil je direct bij aankomst op het vliegveld over een auto beschikken? Zorg er dan voor dat je ruim op tijd een auto huurt (bijvoorbeeld bij Sunny Cars). Omdat je op een eiland verblijft kan het zijn – net zoals in mijn geval – dat de auto’s op het vliegveld zijn ‘uitverkocht’. Overkomt je dit? Wees niet ongerust, in de stad zelf huur je ook goedkoop een auto die je vervolgens – tegen bijbetaling – op de luchthaven weer kan inleveren. Dit kost je uiteraard wel het taxiritje naar de stad extra.
Duur van de trip
Trek gerust 10 tot 14 dagen uit voor een roadtrip door Tasmanië. Op deze manier heb je voldoende tijd om bovengenoemde plekken te bezoeken en de omgeving goed op je te laten inwerken.